Eris bewoog haar slangenlichaam door het bos heen, voornamelijk vliegend met de twee totale niet bij elkaar passende vleugels en soms over de dikke takken van de bomen heen. Ze krulde zich om een boom heen en keek eventjes rond. Niet dat ze het hier niet zou kennen, dat deed ze inmiddels al 44 jaar, als het niet langer was inmiddels. Toch, eindeloos in een bos vliegen was ook niets aan. Ze bewoog de witte pluim van haar drakenstaart naar haar neus en kietelde haarzelf even daar. Bij de nies die ze liet veranderde het boom voor haar en zat zijn kruin opeens om zijn middel heen. Eris giechelde kort. Dat zag er mooi uit. Jammer dat er zo weinig met haar eens waren, de meesten raakten ervan in de war en wouden alles graag weer terug hebben zoals het hoorden. Ach, het was gewoon wat dollen met ze. Bovendien wist men dat alles meestal wel weer terug veranderde na een tijdje. Jammer genoeg. Eris wou graag alles kunnen aanpassen, maar helaas is haar kracht veranderd sinds hét. Ze kon moeilijk steeds weer terug gaan en alles opnieuw doen. Dat was zelfs voor haar wat te veel van het goeie. Eris ging achterover op een tak liggen en keek door de bladeren heen naar de lucht. Het was prima weer vandaag. Enkel zo rustig en normaal. Ze had liever bliksem en een stormpje, maar goed, ze zou de anderen ook een pleziertje gunnen. Bovendien was ze toch te lui vandaag voor het grotere werk. Grotere werk...Zoveel kon ze nou niet meer, hooguit een paar wolkjes in de lucht en dan er iets raars uit laten regenen. Of een bliksemstraal dwars door de lichtblauwe hemel heen. Dat was het ook wel. Gelukkig had ze nog een groot gedeelte over van haar krachten en kon ze nog steeds plezier hebben. Het leven zou anders behoorlijk saai zijn geworden. Eris had middeltjes tegen het vervelen en die raadpleegde ze vaak genoeg. Nee, vervelen hoefde ze zich nooit.
-Nog even inkomen weer-