|
|
| Auteur | Bericht |
---|
Aantal berichten : 9 Character sheetAge: 22 YearsSpecies: Cross Species: Angel & ElfPartner:: I'm not yours anymore. | Onderwerp: 2AM, where do I begin? ma feb 15, 2016 1:33 am | |
| Ze hield er niet van om in steden te dwalen sinds ze haar nieuwe leven was begonnen, maar soms had ze geen keuze. Wel had ze de keuze om het te doen midden in de nacht, als er nog maar enkele individuen rondzwierven door de straten. Sommige met duistere intenties waarbij de insteek was: als ik jou niet heb gezien, heb je mij ook niet gezien – dus laten we doen alsof we elkaar niet hebben gezien. Of wezens waarvan het lichaam niet meer naar behoren werkte dankzij zodanige dosissen alcohol, die haar niet eens zouden opmerken. En als ze dat wel deden dan werd er wat naar haar geroepen, maar ze was te snel weer weg en hun reactie vermogen was te traag. De plek van bestemming was gelukkig al snel gevonden: The Cupola Gardens. Er zouden vast niet veel zielen daar zijn rond dit tijdstip, dus kon ze gewoon rustig haar gang gaan. Geruisloos baande ze zich een weg naar binnen en ging ze opzoek naar een goed beschutte plek, eenmaal daar nam ze pas de tijd om goed om zich heen te kijken. Het licht was niet goed in de nacht, maar het maanlicht moest voelde zijn voor haar elven ogen. Ze had een tas bij zich waarin ze alle spullen kon doen die ze nodig had. Het was niet zozeer dat alles noodzakelijk was, maar het was fijn om altijd alles achter de hand te houden. Ze was haar grootse kennis over planten dankzij de vele boeken die ze had gelezen meer dan dankbaar, maar in de praktijk pakte zaken meestal nog wel eens anders uit – dus was ze er een voorstander van om alles minstens éénmaal op zichzelf te gebruiken. Of het nou een vergif was of niet, zo kon je tenminste het beste testen of het antigif werkte. De jonge vrouw had al flink wat zaden en planten in haar tas gestopt, maar ze pakte altijd maar bescheiden hoeveelheden. Zo kwam ze nu aan bij een bloem die maar alleen was. Rustig hurkte ze erbij neer en liet haar wijsvinger over een van de bloembladen glijden. Dit was eigenlijk een bloem die ze erg graag wilde hebben… Maar hij was maar alleen en ze wist niet of er meer waren hier. Ze wilde niet de boeman (of vrouw) zijn die de laatste stal waardoor ze hem hier zouden missen. Maar aan de andere hand was het ook écht een plant die ze nodig had.
O de morele dilemma’s ook!
OOC: Eerste post voor Raidyn! |
| | | Aantal berichten : 35 Character sheetAge: Tss it's not like it would be of your concern. {19}Species: *Smirk.* Take a guess. {DemiGod}Partner:: My katana is the only partner I need. But you could give it a try. I would watch out tho, I might bite. | Onderwerp: Re: 2AM, where do I begin? ma feb 15, 2016 6:50 pm | |
| Tuimelend probeerde hij te rennen. Zijn adem waren snelle heigingen. Zweet liep van zijn voorhoofd, het doorweekte zowat zijn kleren. Dat was niet het enige dat zijn kleren doorweekte. Een donker rode plek in zijn zijde vergrootte stap na stap. Hij had al veel bloed verloren onderweg. Maar hij was niet van plan om ten onder te gaan. Niet hier niet nu. Zelfs niet wanneer zijn zicht wazig werd en hij nauwelijks nog een stap verder kon zetten. Toch ging hij verder, hoewel zijn pas vertraagde. Met een hand drukte hij op de wonde die hij had in zijn zijde. Proberend om het bloed zo veel mogelijk te stoppen. Hij wist waar hij naartoe moest en wat hij moest doen. Hij hoopte dat het zou werken. Als Half God had hij nog het geluk dat hij misschien wat van zijn krachten kon gebruiken om zichzelf te helen. Hoe was het zo ver kunnen raken? Een misstap. Een verkeerd doel op het verkeerde moment. Een gevecht waar hij met geluk levend uit was gekomen. Levend, maar niet heel. Hij plaatste zijn hand tegen een muur, zijn lichaam nu rillend door de grote moeite dat hij nu moest doen om zich verder te bewegen. Hij probeerde zijn ademhaling rustiger te krijgen. Zijn zicht was wazig en dat hielp niet echt nu dat het ook al nacht en donker was. Geluk had hij dat zijn ogen zich konden aanpassen aan de nachtelijke duisternis. Zijn helder blauwe ogen leken het licht van de maan op te nemen en te weerkaatsen. Alsof ze zelf licht gaven. Heel even bleef hij staan, voor hij met rustige hobbelige stappen het gebouw binnen gleed. Hij deed niet echt zijn best om de planten hier te vermeiden. Het enige wat hij wilde was het meer en zijn water bereiken.
Met zware passen worstelede hij voort. Over de begroeide trappen. Trede per trede ging hij langzaam om laag. Maar één seconde verloor hij zijn evenwicht en in de staat at hij was, kon hij niet gemakkelijk naar een houvast grijpen. Voor hij het wist rolde hij van de trappen. Hij kon de pijn door zijn lichaam voelen gieren. Het drukte de lucht uit zijn longen. Zorgde er voor dat zijn zicht compleet zwart werd en even voor een seconde werd het gebouw gevuld met het geluid van zijn vallende lichaam. Voor hij de grond beneden hard raakte. Zijn adem raakte vast in zijn keel terwijl hij op de koude harde grond lag. Voor heel even leek het alsof hij nooit meer een ademhaling zou nemen. Maar al snel genoeg begon hij weer te hijgen. Zijn ogen gleden langzaam weg van het plafond om rond te kijken. Het was donker hier. Nauwelijks iets was duidelijk. Toch het beetje licht dat er was, was genoeg om te weerkaatsen op het water. Hij kon voelen hoe zijn lichaam leek te ontspannen bij het zich van dat water. Met moeite zat hij op. Met moeite sleepte hij zich voort naar het water. Hij was moe, zo moe… Met moeite kon hij zijn vingers in het water laten glijden. Het voelde zo koel aan. Zo koud. Maar het was een heel warm gevoel ook. Alsof het leefde. De woorden die zijn lippen verlieten waren woorden uit de oude taal. ‘Han mathon ne nen.’ [Ik voel in het water.] He nam een rustige diepe adem. Terwijl hij zijn ogen sloot. ‘Adruna, Waíse heill.’ [Water, wees genezend.] Terwijl hij die woorden uitsprak. Probeerde hij zich zo goed mogelijk te concentreren. Voor een paar seconden leek het alsof er niets zou gebeuren. Maar toen kon hij voelen hoe hij leek te worden omringt door het water en voor hij het wist. Was zijn lichaam naar de bodem van het meer aan het zinken.
Met een ruk opende hij zijn ogen. Hij lag nog altijd naast het meer. Hij wist niet meer zo goed wat er gebeurt was. Maar het leek er op dat hij hier well voor een tijd had gelegen. Aan het licht te zien dat werd weerkaatst door het water was er well een paar uur gepasseerd. Terwijl hij weer tot het nu kwam. Gleed zijn hand bijna automatisch naar zijn zijde. Verwachtend om de wonde te voelen. Maar het enige wat hij voelde was zijn eigen huid. Nu dat hij er over na dacht, voelde hij geen pijn meer. Langzaam zat hij op, om zijn shirt wat op te trekken zodat hij kon zien. Er was geen wonde meer. Alleen zijn gezonde huid. Het was helemaal genezen. ‘Hm.’ Een lichte glimlach vormde zich op zijn lippen. Het leek er op dat de geruchten dat er over deze plek de ronde gingen waar waren. Langzaam stond hij op. De rode kleur en de scheur in zijn kleren waren het enigste dat nog een hint gaven dat hij gewond was geweest. Zijn kleren waren nog altijd een beetje nat. Maar nu dat de wonde verdwenen was en hij wat rust had gekregen, maakte dat niet veel meer uit. Met zachte makkelijke passen ging hij de trappen weer op. Zijn handen gleden in zijn broekzakken. Terwijl hij zijn ogen liet rondkijken. Hij was zeker dat deze plaats prachtig was over dag in het zonlicht. De vele soorten planten en bloemen zouden dan zeker een geweldige geur afgeven. Maar zelf nu, in de nacht leek deze plaats betoverend. Het gaf hem een goed gevoel. Een rustig gevoel. Hij stopte even. Sloot zijn ogen en nam de omgeving rond hem op. Voor hij zijn ogen opende en ze automatisch gleden naar de rondingen van een persoon die wat verder op gehurkt leek te zitten. Hij bleef staan waar hij stond en staarde naar het figuur. Geleidelijk aan kreeg hij meer rondingen te zien. Het was een jonge vrouw en… Ze leek te staren naar een bloem. Zijn ogen vernauwden een beetje. Ze leek te twijfelen of ze het zou nemen of niet. Hoe wist hij het? De rest van de tast dat ze bij zich had leek vol genoeg te zitten. Hij kreeg een kleine grin op zijn lippen. ”Als je het zo graag wilt neem het gewoon.” Ze zat er naar te staren alsof ze er een moord voor zou doen in zijn ogen. Maar toch leek ze te twijfelen. Waarom? Was het zo moeilijk? Het was gewoon een domme bloem. Niemand zou het missen. Hij twijfelde er over of iemand het ooit zelf zou opmerken. Een bloem konden ze hier wel missen. Ze hadden er genoeg. Genoeg voor iedereen en wie wist het zou waarschijnlijk ook terug groeien.
|
| | | Aantal berichten : 9 Character sheetAge: 22 YearsSpecies: Cross Species: Angel & ElfPartner:: I'm not yours anymore. | Onderwerp: Re: 2AM, where do I begin? di feb 16, 2016 12:51 am | |
| De geluiden die ze op de achtergrond hoorde negeerde ze, ze was ervan overtuigd dat niemand haar kon zien. Dit was niet omdat ze arrogant was, nee ze was alles behalve, maar dankzij haar goede gehoor was ze instaat het beter te analyseren dan een doorsnee mens. Met haar elven oren kon ze de trillingen zodanig opvangen dat ze de conclusie kon trekken dat het geluid op een locatie werd gemaakt waar het onmogelijk was om haar te spotten, dus was het niet de moeite waard om erdoor in paniek te raken en kon ze gewoon nog lekker blijven dubben over de hele kwestie. Inmiddels had ze haar andere hand opgeheven en beet ze zachtjes op het puntje van haar duimnagel. Met een ernstige frons keek ze naar de plant, liet de vingertop van haar wijsvinger weer over een van de bladeren glijden. Zou ze het doen of zou ze het niet doen… “Als je het zo graag wilt neem het gewoon.” Ze verstarde door de woorden, wist dat deze op haar gericht moesten zijn. Een snelle check bevestigde dit alleen nog maar meer. Zachtjes, in haar hoofd, vervloekte ze zichzelf dat ze niet voorzichtiger was geweest. Het was waar dat heet vaardigheid om zielen op te merken niet erg sterk was, omdat ze geen volbloed engel was, maar er was zeker niks mis met haar gehoor! Dus het was geen geldige smoes. Langzaam kwam ze overeind, liet haar armen losjes langs haar lichaam hangen. Het feit dat hij haar had gezien zei echter wel wat, nadat ze zijn exacte locatie had bepaald door naar hem te kijken vanuit haar ooghoeken – hij was geen normaal mens. Hij zag er net zo uit, zoals zij, maar hij was het niet. Anders had hij haar niet zo gemakkelijk kunnen spotten en zo precies ook nog… Normaliter zou ze allang de benen hebben genomen, maar ze wist niet wat hij precies was en waartoe hij instaat was – het was te risicovol. ‘Ooit gehoord van utilitarisme?’ Overduidelijk niet, anders was had hij niet zo’n kinderachtige uitspraak gedaan over haar twijfels. ‘Zelfzuchtigheid siert een persoon niet.’ Een subtiele hint dat ze zijn opmerking dus ook niet goedkeurde. Het was niet zozeer dat ze zichzelf als een beter persoon zag, maar Lamia was nou eenmaal een wereldverbeteraar – of deed een poging tot, laten we het daarop houden. |
| | | Aantal berichten : 35 Character sheetAge: Tss it's not like it would be of your concern. {19}Species: *Smirk.* Take a guess. {DemiGod}Partner:: My katana is the only partner I need. But you could give it a try. I would watch out tho, I might bite. | Onderwerp: Re: 2AM, where do I begin? di feb 16, 2016 6:28 pm | |
| Zijn ogen volgden haar figuur terwijl ze langzaam overeind kwam. Hoe wist hij zo zeker dat het een vrouw was. Dat werd duidelijk genoeg aan haar lichaamsbouw. Allemaal mooi in balans zoals het moest zijn. Zelfs in deze duisternis was het duidelijk dat ze een ‘prachtige’ vrouw was. Well waarschijnlijk was ze dat voor velen. In zijn ogen. Maakte uiterlijk niets uit. Het interesseerde hem niet en dat zou het waarschijnlijk ook nooit gaan doen. Hij ademde eens rustig in en uit terwijl hij haar op nam. Hij kon weg gaan. Hij kon naar haar toe gaan. Maar beide leken geen optie in zijn hoofd op dit moment. Hij bleef gewoon rustig staan waar hij stond. Wachtend op ene reactie van de persoon die wat verder stond. Hoewel hij haar blik niet kon zien, hij had zo’n gevoel dat ze hem al had opgenomen. Alsof ze al naar hem aan het staren was. In de duisternis waarin hij stond, was het moeilijk om zijn gezichtsuitdrukking waar te nemen. Maar een heel kleine tevreden glimlach kwam op zijn lippen terecht. Hij voelde een soort voldoening bij het feit dat ze niet zomaar weg loep of rende. Dat ze niet naar hem toe draaide. Maar die glimlach verdween al gauw bij haar woorden. Zoete wijze woorden. ‘Ooit gehoord van utilitarisme?’ Hij vernauwde zijn ogen een beetje. Hij begon langzamer te ademen. Die woorden, het was duidelijk wat ze dacht. Duidelijk wat ze vond van zijn plotselinge bemoeienis. Maar net zoals zij nu deed, had hij alleen zijn gedachten uitgesproken. Utilitarisme. Hij moest lachen bij dat woord. Alsof dat een zak uitmaakte. Alsof iemand daar ooit aan dacht. Wel ze maakte het duidelijk genoeg dat zij er aan dacht en dat ze er waarde aan schepte. ‘Zelfzuchtigheid siert een persoon niet.’
Hij sloot zijn ogen even. Voor een paar seconden voor hij ze opende en zijn schouders los rolde. ”Het siert mij anders goed genoeg.” Hij vernauwde zijn ogen weer een beetje. Voor hij langzaam naar voren begon te stappen. Stap per stap werkte hij zich dichter naar haar toe. ”Utilitarisme huh, Afwegen van morele waarde. Ik zal je Utilitarisme geven.” Zijn ogen gleden heel even naar de bloem. Het leek er inderdaad op dat het de enige was. Dus ergens kon hij haar woorden begrijpen. Het was ook heel duidelijk dat ze zijn uitspraak niet waardeerde. Maar dat maakte hem niet uit. ”Heb je het nodig, Ja. Zal iemand de bloem missen, Neen." Hij stopte een paar meter van haar. Een beleefde afstand en dichter wilde hij zelfs op dit moment niet komen. ”Is het de enigste hier, misschien. Maar ze kunnen er heus wel een andere planten.’ Zijn ogen gleden naar de hare. Voor hij weer naar de bloem keek. ”En mocht het de enigste zijn in de wereld, zou het niet hier zo open staan.’ Dan zou er bewaking zijn. Dat was hij zeker. Mocht het zeldzaam zijn, zouden mensen er naar zoeken om het te bemachtigen. Om het in handen te krijgen. Om het te verkopen en geld te bemachtigen. Dat was het enigste waar veel mensen aan dachten. ”Utilitarisme is voor mensen met een vredig leven. Uitgevonden door mensen die niet beter weten.” Dat was zijn standpunt. De wereld was nemen en houden. Pak wat je kan krijgen voor jezelf. Meer had je niet nodig. Denk aan jezelf, want anderen zullen het niet doen. ”En als jij het nu niet neemt doet een ander het wel.” Hij haalde zijn schouders op en draaide zich weer om. ”Niet dat het mijn probleem is.” Het maakte hem niets uit. Het was haar probleem, en met zijn kleine speech was het niet de bedoeling haar te helpen. Het was om zijn standpunt duidelijk te maken. Wat de hare was, was de hare. Het maakte hem niet uit zolang het niet over hem ging en zelfs dan, kon ze denken wat ze wou. Een kleine grin kwam op zijn lippen. Het leek er op dat haar leven beter was verlopen dan de zijne. Anders had ze een ander standpunt gehad. Hij draaide zijn hoofd een beetje opzij, om naar haar te kijken vanuit zijn ooghoeken. Ze was een goede ziel.
|
| | | | Onderwerp: Re: 2AM, where do I begin? | |
| |
| | | |
Soortgelijke onderwerpen | |
|
| Permissies van dit forum: | Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
| |
| |
| |
|